Ik heb een probleem. Te snel heb ik last van een hartverscheurend medelijden met mensen – mensen die niet eens per se iets super ergs hebben doorstaan. Het is een knagend gevoel waar ik moeilijk vanaf kan komen. In vrijwel alle gevallen wordt het veroorzaakt door verwaarloosbaar negatieve gebeurtenissen. Noem me een softy. Noem het een groot hart. Ik noem het mierenmedelijden.

Girlsscene feels my pain.

Mieren zijn sociale kleine insecten die in staat zijn om enorme lasten met zich mee te dragen.
Mierenmedelijden komt voor bij mensen met een sociaal klein hart, dat in staat is om enorme emotionele lasten met zich mee te dragen.

Laat me mierenmedelijden uitleggen aan de hand van een smsje. Een smsje van mijn opa.

Op dit moment brak mijn hart.

Ik zag mijn opa al zitten met zijn leesbril op, telefoon plat op tafel om dit bericht met zijn wijsvinger letter voor letter in elkaar te tikken. Ondertussen was ik ongegeneerd aan het zuipen met vrienden op een feestje. De muziek stond zo hard dat ik de telefoon in mijn zak niet eens zou voelen trillen. En opa zat daar dan. Te wachten op de reactie van zijn kleinzoon – die uitblijft tot hij zijn kater rond het middaguur eruit heeft geslapen.

Inmiddels is dit bericht alweer bijna een jaar oud, maar nog steeds denk ik er met enige regelmaat aan terug. Mierenmedelijden in zijn puurste vorm.

En afgelopen vrijdag had ik het nog bij mijn ouders. Ik had mijn ouders al twee weken niet gezien en had in de ochtend afgesproken om ’s avonds wat in mijn studiootje te eten. Mijn ouders zouden na het werk de schone was meenemen en dan richting mij komen. De schatten waren zelfs nog samen de keuken in gedoken om mijn lievelingseten te maken.

Op mijn werk vierden we die vrijdag het afscheid van Tim. Tim trakteerde rond 16.00u op taart van de Vlaam en geleidelijk liep deze collegiale samenkomst over in de vrijdagmiddagborrel. Na een paar biertjes belde een vriend – Victor – mij op: “Yo Zowie, heb je zin om zometeen Rotterdam in te trekken met mij en Nicky. We staan nu in de file maar zijn er rond 7 uur.”

Na een korte overweging zei ik: “Ja tuurlijk gaan we samen Rotterdam in. Ik meet jullie wel in het centrum.”

La Place Rotterdam snapchat Bestweter

Ik in de La Place op vrijdagavond aan het schrijven over schuifelen met een Lebbe Dubbel – wachtend op Nicky en Victor (sponsored content – I Wish)

Terwijl ik aan het wachten ben op Victor en Nicky in de La Place, met mijn laptop en een Leffe dubbel, ben ik bezig aan een artikel over schuifelen. Tijdens de vrijdagmiddagborrel kwam het onderwerp ter sprake en ik kon het niet laten om over ‘de met paprikapoeder sprenkelde vette klauwtjes’ te schrijven ‘die zich langzaam begraven in de bil van een achtste groeper.’

In een inspiratieloos moment besluit ik nog even wat appjes te checken.

mama whatsapp medelijden Bestweter

“We komen er nu aan”?
“Meteen”??

Heb ik iets gemist? I did not receive that memo.

Dan valt het kwartje. Mijn ouders zouden vanavond bij mij komen eten. En als kers op de taart zouden ze mijn lievelingseten voor me meenemen. Helemaal zelf gemaakt. Na een week fulltime zwoegen op werk. Het schuldgevoel slaat in als een bom.

In mijn hoofd zie ik mijn ouders, na een hele week werken, volop haasten om op tijd bij mij te zijn. Mijn vader staat in de keuken te zwoegen op mijn lievelingseten. Kosten noch moeite worden gespaard om er alles aan te doen dat mijn smaakpapillen zich niet achtergesteld voelen. Er staan genoeg pannen op het vuur om zeker te weten dat hun ‘hardwerkende zoon’ genoeg reserves heeft om tot volgende weekend te overleven. Ik stel me mijn moeder voor die druk in de weer is met al mijn was. Perfect opgevouwen worden de ochtendfrisse kleren in de grote zware reistas gepropt om straks aan het stuur van haar fiets mee te nemen. In de keuken is mijn vader de pannen met theedoeken en postelastieken af aan het binden zodat ze lekvrij in de fietstas mee naar mij kunnen. Als verrassing hebben ze zelf een doos Mars ijs bij.

En ik zit hier op mijn gemakje in Rotterdam met een biertje in mijn rechterhand een beetje te bloggen over schuifelen.

In lichte paniek besluit ik om mijn moeder te bellen.

“Hallo met Elle.”

“Hoi Mam, met mij. Jullie zouden langs mij komen toch zometeen.”

“Ja klopt! We hebben een beetje gehaast, dus we zijn er bijna.”

“Jullie zijn er al bijna…??”

“Ja…”

“Euhm, er is misschien een klein probleempje.”

“Oh wat dan lieverd?”

“Ik zit nu in Rotterdam.”

“In Rotterdam? Zowie, je bent toch niet…”

“Ja ik vrees van wel mam…”

De teleurstelling was in haar stem te horen. Ik kon wel door de grond zakken.

In mijn gedachte zag ik hoe ze met alle tassen aan hun stuur weer huiswaarts keren. Eenmaal thuis aangekomen halen ze de theedoeken van de pannen en verdelen ze het eten over bakjes om in te vriezen. Al dat eten, al die liefde, al die warmte, opgehakt en verpakt in Tupperware om vervolgens kapot te vriezen op -20°.

Op maandagavond zouden de bakjes weer tevoorschijn worden gehaald om in de magnetron opgewarmd te worden. Terwijl de schemer invalt zouden mijn ouders de afwijzing hap voor hap de proeven, veroorzaakt door hun zoon die dit weekend weer niet langs is gekomen.

Het is een beeld dat ik niet van mijn netvlies krijg. Dit zijn de momenten die mij ’s nachts uit mijn slaap houden. Mierenmedelijden to the fucking max.

Maar mierenmedelijden wordt niet per se opgewekt door mensen die je in het echte leven tegen komt. Ook films zijn bijzonder goed in staat om op de meest clichématige wijze mierenmedelijden bij mensen te veroorzaken. Wie kent er niet de scene uit Frank en Frey waarin het oude vrouwtje de vos mee het bos in neemt. Ik ben fucking 25 en ik weet het nog steeds niet droog te houden bij deze scene. Om een fucking tekenfilm. Op dit soort momenten kan je je simpelweg niet voorbereiden.

Ik kan niet voorkomen dat mijn ogen nu opnieuw waterig worden.

Mierenmedelijden kan je ook met vreemde mensen hebben. Op een warme zomerdag jaren geleden was ik op het strand met vrienden toen er een oudere man naar me toe kwam. Hij zei dat hij het warm had en even af wilde koelen in het water. Het punt was dat hij alleen was en het niet aandurfde om zijn spullen onbewaakt achter te laten. “Kan je even op mijn spullen letten als ik het water in ga jongeman?” vroeg hij. “Tuurlijk, geen probleem. Ik let er wel op meneer.” Onbezorgd liep de man het water in en trok met een kalme schoolslag de plas op. Ik kijk hoe de man langzaam in de horizon verdwijnt.

Als de man uit het zicht verdwenen is, verschijnen mijn vrienden met hun omafietsen. “Zowie, we moeten opschieten. Mijn moeder belde net boos op waar we bleven voor het eten. De frietjes zijn klaar.” Ik kijk de plas op. Geen spoor meer van de oude man te bekennen. “Maar ik had die man beloofd om op zijn spullen te letten.” zei ik tegen beide vrienden, die beiden handen al aan hun chromen stuur hadden. “Kom nou maar gewoon, straks wordt mama echt boos.” Met tegenzin raap ik mijn zwemspullen bij elkaar en loop met afhangende schouders naar mijn fiets. Ik kijk nog achterom om te zien of de man al terug is. Dit tevergeefs. De man is spoorloos.

Ik verlaat de plas met een gebroken belofte. Tot op de dag van vandaag zijn de vriendelijke kraaienpootjes van deze oude meneer me bijgebleven, die verschenen toen ik hem beloofde op zijn spullen te letten. Hij had een gezicht waar zelfs de grootste slechterik niet boos op zou kunnen worden. En ik liet hem daar achter. Teleurgesteld. Zelfs meer dan 10 jaar later heb ik nog steeds de behoefte om deze man mijn excuses aan te bieden.

Als iemand me zou vragen waar ik het meeste spijt zou hebben in mijn leven, dan zou dit moment met stip op 2 staan, net achter het moment waarop ik al mijn pokémon kaarten aan mijn kleine buurjongetje geef, die ze een dag later aan de buurjongen schuin tegenover me verkoopt.*

*(In het geval van mijn buurjongentje heb ik overigens geen mierenmedelijden met hem. Ik heb daar gewoon verschrikkelijke mierenmedelijden met mezelf. Al die jaren van kaarten sparen. Mijn hele jeugd zat in die Pokémonkaarten verzameling. En meedogenloos wordt mijn map, mijn jeugd, mijn bloed, zweet & tranen, een dag later verkocht aan een jochie voor het bedrag van tweeëneenhalve fidget spinner.)

Mierenmedelijden is een vreemd fenomeen. Het aambeeld dat ik bijdraag in de vorm van mijn hart weegt in de verste verte niet op tegen hoeveel zeer ik de andere persoon heb aangedaan. Mijn opa was waarschijnlijk allang weer vergeten dat hij dat smsje stuurde. Mijn ouders heb ik gisteren nog mee uit eten genomen en ze zagen er niet bepaald uit alsof ze verwoest waren door gevoelens van teleurstelling. Toch kan ik het niet voorkomen dat ik zo nu en dan wordt opgeslokt door irrationele gevoelens van medelijden om de kleinste dingen.

En de oude man van het strand? Dat weet ik niet.  Misschien is hij wel een van die oude mannen die iedere zin klagend begint over “de jeugd van tegenwoordig…”. Maar eigenlijk denk ik dat hij diezelfde avond nog zorgeloos achter de TV kroop om Omroep Max te kijken, met een advocaatje in zijn hand.

Hoewel ik weet dat mierenmedelijden een illusoir fenomeen is waar vooral ik last van heb, en niet de persoon die het aanwakkert, kan ik het niet uitschakelen. Nog steeds voel ik de behoefte om iedere kat te aaien die speciaal naar me toekomt om aangehaald te worden uit voorzorg dat hij me opzadelt met een ernstig geval van mierenmedelijen. En ik ben fucking allergisch voor katten.

Waarschijnlijk ben ik voorbestemd om mierenmedelijden te krijgen om de kleinste dingen voor de rest van mijn leven. Maar zo nu en dan is er zo nu en dan ook verlossing:

opa mooiste cadeau oma
Gelukkig ben ik niet altijd de slechtste kleinzoon ever 

opa bericht komediant
En soms is mijn opa gewoon een komediant… 🙂

 

Comments

comments

Laat een antwoord achter